dinsdag 3 maart 2015

Engeltjes


Nee he, wat nú weer? Voor de zoveelste keer vandaag gaat mijn telefoon over. Mensen die me kennen, weten dat ze mij niet moeten bellen. Ik werk. Een sms-je of app-je is geen probleem, dat bekijk ik wel als ik tussen twee klanten door ergens langs de weg sta. Maar een telefoontje druk ik weg. Of ik negeer het. Maar ja, vanmiddag blijft het bezig zeg. En ik had tussen de bedrijven door al gezien dat het een afgeschermd nummer is, terugbellen kan dus niet. 

De gedachte aan die woensdagochtend, ruim tien jaar geleden, komt weer bij me boven. Toen kreeg ik ook zo'n anoniem telefoontje, terwijl ik net met mijn zoon de spreekkamer van de chirurg binnenstapte. Ook toen drukte ik de belletjes steeds weg, om pas ruim een uur later eindelijk het zoveelste telefoontje toch maar op te nemen. Het was een arts van de spoedeisende hulp, die me vertelde dat mijn vader in een heel ander ziekenhuis op sterven lag. Hals over kop reden zoon en ik naar Eindhoven, maar we waren net te laat. En wie weet, misschien bellen ze me nu wel omdat er iets met mijn moeder aan de hand is. Ze wordt tenslotte volgende week 84, op die leeftijd weet je maar nooit. 

De volgende keer dat de telefoon overgaat, besluit ik hem op te nemen. Er zitten geen passagiers in de auto, en ach, één belletje moet toch kunnen? 
Op de eerste tring klik ik mijn autogordel los, om mijn telefoon uit mijn jaszak te kunnen pakken. Stoppen zit er niet in, dat mag hier niet. Ik neem op. "Goedemiddag mevrouw, komt het gelegen dat ik u bel? Wij doen een onderzoek na...." "Nee, het komt niet gelegen en bel me niet meer terug!" Op datzelfde moment rijd ik bij de viaducten bij Hintham, daar gaat de A2 over de weg die van Den Bosch naar Rosmalen voert. Vier viaducten naast elkaar vormen er een donkere tunnel en uitgerekend daar staat er ineens een donker silhouet voor me, met een reflecterend geel vestje aan: rechterarm omhoog, linkerarm wijst naar de zijkant van de weg.
O nee, shit, politie. Een fuik zelfs, concludeer ik als mijn ogen aan het donker wennen en ik de auto's voor me ook aan de kant zie staan. Een legertje agenten in opleiding dringt rond de auto's, allemaal willen ze rijbewijzen en kentekenbewijzen controleren.

Op het moment dat de agent me naar de kant dirigeert, gooi ik mijn telefoon op de passagiersstoel. Gelukkig heb ik het gesprek al weggedrukt. Maar mijn gordel! Ik heb hem weliswaar over mijn schouder gehangen, maar hij is wel los, anders had ik die telefoon niet uit mijn zak kunnen krijgen. Ik besef dat de agent in het donker net zoveel ziet als ik, hooguit ziet hij mijn silhouet tegen het licht dat door de achterruit valt. Zonder mijn armen op te heffen, trek ik de gordel weer op zijn plaats, maar op dat moment staan er ook meteen enkele aspirant-agenten om de auto. Betrapt!

Ik laat het raampje aan de passagierskant zakken en leun over de stoel ver naar rechts, zodat ik de agenten kan zien. Mijn telefoon neem ik daarbij weer in mijn hand. "Goedemiddag allemaal. Vinden jullie het goed als ik nu eerst mijn baas bel? Zoals jullie hier in mijn boordcomputer kunnen zien zit er een klant op mij te wachten. Uit ervaring weet ik dat het minstens een half uur duurt als een taxi in een politiefuik met leerlingen rijdt. Er is bij ons ook zoveel te controleren. Ik wil graag meewerken, maar dan moet ik wel zorgen dat er een andere taxi naar die klant gestuurd wordt." 

Een vrouwelijke agente die net een tikje ouder en meer ervaren lijkt dan de rest, neemt het woord. Eerst wil ze iets van mij weten. "Had u gezien dat er iemand aanwijzingen stond te geven? U negeerde bijna ons stopteken." Oeps. Is dat zo? Ik zag pas iets toen ik die agent al bijna aanreed. Dat komt natuurlijk omdat ik met die telefoon bezig was. Stomme trut, scheld ik mezelf in gedachten uit. "Sorry mevrouw, maar als je uit het licht komt is het hier onder dit viaduct zó donker, daarom zag ik in eerste instantie echt niets." Ze neemt de door mij gezaaide twijfel meteen over: "Oh, is dat zo? Ja, we staan hier wel erg donker. Misschien moeten we de volgende keer ergens anders gaan staan, of voor meer licht zorgen."

Ik vraag haar nogmaals of ik het bedrijf moet bellen om iets te regelen voor mijn klant. 
"Nou, nee hoor, we oefenen hier alleen maar. We willen uw bedrijf niet in moeilijkheden brengen hoor. Wat mij betreft mag u ook doorrijden. Kijkt u wel uit als u weer invoegt?" Op dat moment grijpt een van de aspiranten in: "Weet u wel dat die chauffeur geen gordel droeg?" "O, maar dat hoeft een taxichauffeur ook helemaal niet", geeft de vrouwelijke agente hem als antwoord. En ik -domdomdom en zonder na te denken- kan dat niet zomaar voorbij laten gaan. "Sorry mevrouw, maar dat is al een tijdje veranderd. In het verleden mochten wij alleen maar zonder gordel rijden als we een onbekende klant vervoerden en we daarbij de taximeter gebruikten. Omdat je nooit wist of zo'n klant agressief zou worden, hoefden wij daarbij geen gordel om, zodat we meteen de auto uit konden vluchten. Maar dat is sinds een tijdje veranderd, nu moeten wij hem altijd dragen. Maar ik had de gordel al meteen losgemaakt bij het stopteken, omdat ik anders nooit zover opzij zou kunnen buigen om jullie te woord te staan." "Nee, dat begrijp ik. Bedankt voor uw medewerking en ga maar gauw naar die klant. Dag mevrouw."
"Dag, en werk ze." 

Oef. Wat een opluchting. Geen gordel dragen én niet handsfree telefoneren, dat had me echt heel veel geld kunnen kosten. Of erger nog: ik had die agent zo van zijn sokken kunnen rijden. Ter plekke besluit ik dat het echt afgelopen is. Ik ga deze week nog een nieuwe headset kopen voor mijn telefoon. 
Als ik enkele uren later thuiskom, besef ik dat ik nog meer geluk heb gehad. Op de grond onder de kapstok ligt een roze plastic kaartje: mijn rijbewijs. Blijkbaar is dat uit mijn jaszak gevallen. Dat had me een derde bekeuring op kunnen leveren. 

Nee echt, als ik naga wat er allemaal had kunnen gebeuren of wat me dit had kunnen kosten, dan kan ik wel stellen dat ik superbrede schouders moet hebben. Anders zouden er vandaag nooit zoveel beschermengeltjes op hebben kunnen zitten.

1 opmerking:

  1. Ter geruststelling: zojuist heb ik een headset besteld. Maandenlang naar gezocht, want door een allergie kan ik geen plug in mijn oor verdragen. Vandaag heb ik net zo lang gezocht tot ik er een vond die alleen maar tegen het oor zit. Beter laat dan nooit.

    BeantwoordenVerwijderen